111. 1965-2006 Hoe is het met Piet Kessels?

 In 1968 rijdt Piet Kessels met de winnaarsbloemen bij de nieuwelingen in de Veldhovense Kromstraatronde

Zowat veertig jaar actief als wedstrijdrijder, dat kunnen lang niet alle renners zeggen. Piet Kessels, van geboorte uit Lieshout (27-09-1949) en nu al veel jaren woonachtig in Boekel, heeft vanaf zijn 15e tot en met zijn 57e met een paar jaar onderbreking een wedstrijdlicentie gehad. In 1965 volgt hij het voorbeeld van zijn twee jaar oudere broer Thieu en begint als adspirant aan zijn eerste wegseizoen. Hij meldt zich aan bij wielervereniging DWS Helmond in de Zuid-Nederlandse wielerbond die dan nog als RKNWB te boek staat. Met vijf overwinningen, onder meer de Brabantse titel in Someren Eind, is dat geen slecht begin. Twee seizoenen rijdt hij vervolgens als nieuweling in de NWB met welgeteld één zege. In 1968 stapt hij over naar KNWU vereniging Buitenlust in Helmond en mag volgens de dan geldende bondsreglementen een seizoen bij de nieuwelingen rijden. Met twaalf criteriumzeges, waarbij die in de Veldhovense Kromstraat en de Eindhovense Binnenstadronde, wordt dat een glorierijk jaar. Bovendien wordt hij tweede op zowel de Brabantse titelstrijd in Lierop (achter Geert Oosterbosch uit Eindhoven) als bij het nationale kampioenschap op het autocircuit van Zandvoort waar alleen Jacques Deckers uit Guttecoven hem voor blijft. De ereplaatsen zijn dat seizoen legio, onder meer de 3e podiumplaats in de Acht van Bladel achter Amsterdammer Rob Engel en Cees Priem. En dat ondanks het feit dat hij thuis in de kledingzaak van zijn ouders bij de drukte op zaterdag geregeld moet bijspringen. Als beginnend amateur maakt Kessels deel uit van de Siwa-ploeg waarin een aantal jonge Brabantse coureurs debuteren. Als die sponsor na een jaar stopt wordt het Buitenlust shirt weer het vertrouwde kledingstuk voor de Lieshoutenaar. Veertien seizoenen achtereen rijdt hij als amateur zijn wedstrijden met pas vanaf 1973 een serie ereplaatsen. In 1974 maakt hij met enkele streekgenoten deel uit van de ploeg Dovens Mannenmode die door bemiddeling van zijn ouders op de weg verschijnt. Na een jaar eerder al diverse keren op het Eindhovense baantje in Woensel te hebben gezegevierd wint Kessels in Eindhoven het Jan Plantaz memorial baantoernooi door in de finale Frank van Gils (Geldrop) en Jac Spijkerboer (Best) te verslaan. In de Eindhovense Avondvierdaagse staat hij naast winnaar Ron Smit (Haarlem) en Amsterdammer Barend Huveneers op het derde treetje van het eindpodium. Wedstrijden winnen valt niet mee, zeker niet als hij door een val in 1975 in de Ronde van Liempde met een zware hersenschudding in het ziekenhuis belandt. In 1976 in het shirt van de sponsorploeg Mustang Jeans en Jackets is het eindelijk raak met een overwinning in de Ronde van Valkenswaard. Een seizoen later wordt hij clubkampioen bij Buitenlust.

 Piet Kessels klopt Henri van de Nieuwenhof (Eindhoven) en Hein Senders (Duizel) in 1979 bij de amateurs in de Ronde van Neerkant

Als in 1979 Bavaria Bier-Bowling Helmond zijn vereniging gaat sponsoren boekt Kessels twee zeges. In Neerkant klopt hij R&B Glas coureur Henri van de Nieuwenhof (Eindhoven) en Hein Senders (Duizel) in het shirt Van de Biggelaar Eiken Meubelen. In het afwachtingscriterium tijdens de Acht van Bladel is hij sneller dan Krijn Sintnicolaas (Dordrecht) en Freddie Beckers (Eindhoven). De ereplaatsen blijven zich ook in de volgende seizoenen opstapelen voor Kessels: in 1979 twintig keer bij de eerste tien, een jaar later bijna evenveel. In Geldrop proeft hij in 1981 weer eens van de overwinning door Maarten Vogels (Stiphout) en Hagenaar Joop van Rossum te verslaan. Dat jaar boekt hij als rasechte clubman zijn beste prestatie met het team van Buitenlust door een plaats bij de eerste tien op de nationale clubkampioenschappen in het gezelschap van de broers Michel en Rini van Dijk (Someren), Bart van Horik (Lierop), Frank Moons (Mierlo-Hout) en Marcel Versteegden. In 1982 waagt hij zich halfweg het seizoen, naast zijn werk bij Rabobank, in een shirt van Kessels Mode tussen de beroepsrenners. “Gewoon om te ervaren hoe hard die rijden.” In elf wedstrijden, vrijwel alleen maar Belgische kermiskoersen, is een 11e plaats ex aequo in Niel zijn beste prijs.

Op 33-jarige leeftijd besluit Kessels geen wedstrijdlicentie meer te nemen. Hij wordt een paar jaar voorzitter van zijn Helmondse vereniging en neemt later ook nog enkele jaren het penningmeesterschap op zich. Maar zoals bij zoveel anderen kruipt ook bij hem het bloed waar het niet gaan kan. In 1985 besluit hij opnieuw wedstrijden te gaan rijden, nu bij de veteranen. Niet minder dan 22 seizoenen lang begeeft hij zich weer in de pelotons tussen leeftijdgenoten. “Tot en met 2006 heb ik mee en dan een koerske gereden. En er ook links en rechts enkele gewonnen.” Naast tal van clubtitels pikt hij jaarlijks ook hier en daar geregeld een overwinning mee. Met als mooiste resultaten etappezeges in de Ronde van Luxemburg 1988 en 1989, zijn beste seizoenen met 4 en 6 zeges. Als hij besluit om voorgoed met de wedstrijdsport te stoppen staat zijn zegetotaal op bijna 70 stuks.

Een lichte hartaanval op 58-jarige leeftijd zorgt ervoor dat Piet Kessels even gas terug moet nemen. “Een erfelijke kwestie vanwege een te hoog cholesterol gehalte wat bij meer familieleden voor komt. Een paar stands hebben er voor gezorgd dat die problemen zijn opgelost.” Stil zitten is er op 64-jarige leeftijd voor hem nog niet bij. Als voorzitter van de Stichting Bejaardenhuis ‘Vrienden van Sint Petrus’, penningmeester van de heemkundevereniging en ouderenadviseur bij de KBO maakt hij zich in zijn woonplaats Boekel voor de gemeenschap verdienstelijk. Daarnaast heeft hij als voorzitter van het comité Boekel 700 vorig jaar gezorgd dat het jubileumfeest van zijn dorp in goede banen werd geleid. Nee, Piet Kessels zal zich voorlopig nog niet hoeven te vervelen. Ook in de wielersport draagt hij zijn steentje bij als verzamelaar van oud fotomateriaal waarmee hij aan de verhalen op http://www.dewielersite.net een gezicht geeft. “De site heeft momenteel meer dan 150.000 foto’s in haar bestand. Je mag die dan ook wel als een echte wielerencyclopedie betitelen.” En dat Kessels goed op de hoogte is van de wielersport bewijst hij met de koppositie in de wielerquiz op diezelfde website.