Zo won Niki Terpstra in 2005 de Omloop der Kempen in een sprint met Sebastian Langeveld en Laurens ten Dam (Foto Theo van Sambeek)
In de 75-jarige historie van de Omloop der Kempen hebben tal van renners aan het begin van een schitterende carrière in Veldhoven op het podium gestaan. Nadat zij de Omloop door de Kempen wonnen bleken zij ook bij de profs echt mee te tellen. Zo won Hans Dekkers de tweede editie in 1949 voordat hij onder meer Touretappewinst in Bordeaux boekte. Ook Daan de Groot, de Omloopwinnaar van 1954, liet zich in de Tour de France later met een opmerkelijke ritzege opmerken.
Tourrenners als Jules Maenen (1951, 2e), Jaap Kersten (1954, 2e), Michel Stolker en Piet van Est (1955, 2e en 3e) reden zich in de Omloop in de kijker. Jo de Roo won de Omloop in 1957 voordat hij als professional de beste renner van de wereld werd met onder meer drie etappezeges in de Tour de France. Bas Maliepaard, de Omloop winnaar in 1959, de nummer 2 in 1961 Henk Nijdam en Gerben Karstens (3e in 1962 èn in 1963) werden gevierde Tourrenners. De winnaar in 1963 Arie den Hartog zou furore maken met winst in Milaan-San Remo. En ook Limburger Harrie Steevens (3e in 1964 en winnaar van de Omloop 1965) zou zich als beroepsrenner doen gelden met onder meer een zege in de Amstel Gold Race 1968.
Omloopwinnaars als Leo Duyndam (1967) en Jan Krekels (1968) werden geviseerde professionals. Een podiumplaats in de Omloop der Kempen betekende voor Rini Wagtmans (2e in 1967) en Joop Zoetemelk (3e in 1968) het begin van een schitterende profloopbaan. Fedor den Hertog, Nederlands fenomeen bij de amateurs, won de Omloop in 1970, twee jaar later stond Hennie Kuiper als 2e naast Jan Spetgens op het Veldhovense podium. De Omloop winnaars Leo van Vliet (1977) en Ad Wijnands (1980) werden na hun zege in Veldhoven Touretappewinnaars. Jean-Paul van Poppel stond in 1982 als nummer 2 op het Omlooppodium en won de Kempenklassieker in 1984 voordat hij aan een zegereeks in de drie grote Ronden begon.
Ook thuisrenner John van den Akker kon in 1986 met de zegebloemen in Veldhoven zwaaien voordat hij Tourdeelnemer werd. En in 1992 stond Erik Dekker als nummer 3 op het podium van de Omloop. De Drent zou zich acht jaar later met drie Tourritzeges onsterfelijk maken. Toen eind jaren 90 in Veldhoven werd overgeschakeld naar een profklassieker werd de Australiër Mathew Hayman 2e en 3e in 1998 en 1999. Als jonge amateur won Niki Terpstra in 2005 de Omloop voordat hij later als professional de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix op zijn naam zou schrijven. Lars Boom zegevierde onder stralende zon met een solo in 2007, iets wat hij in de natte kasseienrit in de Tour naar Arenberg in 2014 nog eens tegen de beste beroepsrenners over zou doen. Het is inmiddels 2024. In het huidige seizoen is Oscar Riesebeek, de Omloopwinnaar van 2016, een gewaardeerde helper in de ploeg van Mathieu van der Poel. Want ook renners van zijn soort mogen in het peloton niet ontbreken.
wielerspiegel 